Vanavond ontvangt Wilfried de Jong in Zomergasten schrijver David Van Reybrouck. Van Reybrouck laat tijdens de uitzending beelden zien van Emilio Comici, de bergbeklimmer uit de Dolomieten die in de jaren 30 van de vorige eeuw als eerste de steile noordwand van de Grande Cima beklom. Verder vertoont hij een beroemd gesprek van Benoît Jacquot met Marguerite Duras over de eenzaamheid en de duisternis van het schrijven en zien we de excentrieke Lee ‘Scratch’ Perry, de ‘godfather’ van de dub en de ‘hogepriester’ van de reggae, aan het werk in zijn studio in Jamaica.
David Van Reybrouck (Brugge 1971) is archeoloog en schrijver. Het bekendst werd hij door zijn boek Congo. Een geschiedenis (2010), waarvoor hij internationaal overladen werd met prijzen, waaronder de Libris Geschiedenisprijs, de Ako Literatuurprijs en de Franse Prix Médicis. Minder bekend is wellicht dat hij ook een solitaire wandelaar is, die alleen de Pyreneeën afliep, 900km te voet. Van Reybrouck studeerde filosofie en archeologie in Leuven en Cambridge en promoveerde in Leiden. In 2001 debuteerde hij met De plaag, waarvoor hij de Vlaamse debuutprijs kreeg. Er volgden essays, gedichten, theaterteksten en een roman; Slagschaduw (2007).
Dit jaar kreeg Van Reybrouck de Gouden Ganzenveer 2014, om zijn veelzijdigheid en bezielende wijze van schrijven, maar ook vanwege zijn maatschappelijke betrokkenheid. Hij was de oprichter van de G1000, een burgertop die 1000 Belgen liet overleggen voor een betere democratie, een initiatief dat inmiddels ook in Nederland navolging heeft gekregen. Zijn meest recente werk is Tegen verkiezingen (2013), waarin hij laat zien hoe verkiezingen gedateerd zijn als democratisch instrument.
De keuzefilm van Van Reybrouck is de documentaire Les glaneurs et la glaneuse (2000) van Agnès Varda, de inmiddels 86-jarige filmpionierster van de Nouvelle Vague-generatie.
Zomergasten, 20.15 uur, VPRO (NL2)